Net met pensioen als spoedverpleger, straks helpen met vaccinaties

Patrick Demarest

21/01/2021
interview/reeks

Na 43 jaar te hebben gewerkt als verpleegkundige, o.a. op de spoedafdeling van het Sint-Andriesziekenhuis in Tielt, is Eddy Oosterlynck met pensioen gegaan. De coronacrisis maakte zijn laatste werkjaar flink anders dan hij zich had voorgesteld. Nu zijn het vooral zijn Hampshire-Downschapen die Eddy zal verzorgen. Maar hij was én is altijd bereid om in te springen. “Zo ben ik van plan om te helpen bij de vaccinatiecampagne”, zegt hij.

(Eddy met echtgenote Yvette)


Eddy Oosterlynck (62) is net met pensioen gegaan en heeft alweer zijn handen vol. Met zijn grote hobby: het fokken van Hampshire-Downschapen. “Er staat er nu weer een op lammeren”,  zegt hij. “Ja, ‘t is de tijd. Je moet sowieso ervoor zorgen dat er iemand bij is. Ik heb in de stal camera’s moeten hangen zodat ik via mijn smartphone alles in de gaten kan houden. Het was niet eenvoudig, de voorbije dagen. Gelukkig kon ik rekenen op mijn vrouw, of op iemand die in de buurt woont. Het kon zijn dat ik om 5 uur opstond voor de schapen en dat ik om 7 uur al op mijn werk moest zijn.”

“Veel veranderd op 43 jaar tijd”

Met zijn pensioen heeft Eddy nu volop de tijd om zich op zijn Hampshire-Downschapen te focussen. 43 jaar heeft hij gewerkt als verpleegkundige. “Op het operatiekwartier, op intensieve zorgen en bij de MUG, de dienst 100 en op de spoedafdeling”, knikt Eddy. “Ik zie me nog beginnen: op donderdag was ik op sollicitatie geweest. En op maandag kon ik beginnen. Dat was toen nog in de Sint-Lucaskliniek, in de Beernegemstraat in Tielt. Er stonden die dag meteen vier operaties op het programma.”

“Op die 43 jaar tijd is er natuurlijk zoveel veranderd. Ik heb er de voorbije dagen vaak over nagedacht en eigenlijk kan ik mijn ogen niet geloven. Toen ik begon, moest na een dag werken alles opnieuw gesteriliseerd worden. Immers, zowat alles wat kon worden hergebruikt, werd dat ook. Dus dat betekende handschoenen ontsmetten, gebruikte naalden slijpen met schuurpapier, enz. Dat kan je je tegenwoordig niet meer voorstellen. Nu wordt alles na gebruik weggegooid. Het blijkt effectief goedkoper om zo te werken.”

“Ik heb altijd graag in het ziekenhuis in Tielt gewerkt”

Eddy heeft de voorbije decennia ook de maatschappij zien veranderen. Hij beaamt dat de mensen veel mondiger zijn geworden. “Ook merk ik dat er veel meer interventies zijn voor psychische problemen”, zegt hij. “Een keer werd ik bedreigd. Dat ging om iemand die zich met wapens had verschanst in zijn woning. De politie werd er toen bij geroepen.”

Toch zal Eddy het werk missen. “Ik heb altijd graag gewerkt in Tielt, zowel in de Sint-Lucaskliniek als in het Sint-Andriesziekenhuis”, aldus Eddy. “Er werd veel van ons verlangd, o.a. heel flexibel zijn, maar voor mij was dat geen probleem. Zo kon het zijn dat ik op vrijdagmorgen een telefoon kreeg met de vraag om, in plaats van de vroege shift, de late shift te doen. Ik ben daar altijd op ingegaan en dat apprecieerden ze in het ziekenhuis.”

“Dikke pluim voor de vrijwilligers van het Rode Kruis”

“Ik wil de directie, mijn hoofdverpleegkundige Johan Lambrecht en de collega’s van de spoed nog eens hartelijk danken voor al die fijne jaren. Net als de vrijwilligers van het Rode Kruis Tielt die de dienst 100 verzorgen. Die doen hun werk echt uiterst professioneel. Als wij met de MUG en de mensen van het Rode Kruis ergens samen een interventie hebben, zijn we perfect op elkaar ingespeeld. En je moet het maar doen: als vrijwilliger ergens inslapen om meteen paraat te staan voor een interventie. Een dikke pluim dus voor de mensen van het Rode Kruis.”

De coronacrisis maakte het laatste werkjaar van Eddy Oosterlynck toch wel anders dan hij zich had voorgesteld. “Dat had ik echt niet gedacht”, zegt hij. “Ik moet eerlijk bekennen dat ik eigenlijk wel wat angst voor het vreemde had. Dit hebben we nog nooit beleefd, hé. Bovendien was er bij mij ook wel wat schrik om zelf besmet te worden. Niet zozeer omwille van mezelf maar voor de familie. Dus bij het thuiskomen na het werk was het altijd eerst douchen, handen ontsmetten en mijn temperatuur nemen.”

Dat is nu voorbij. Nu zijn het vooral zijn schapen die Eddy zal verzorgen. Maar Eddy was én is altijd bereid om in te springen. “Zo ben ik van plan om te helpen bij de vaccinatiecampagne”, besluit hij. (tom)